Nieuws

Nieuws / 22-11-2018

Langer zelfstandig wonen met de Blijverslening

Sinds november 2015 is de Blijverslening beschikbaar. Hiermee kunnen gemeenten en provincies inwoners stimuleren hun woning meer levensloopbestendig te maken, zodat zij ook op hogere leeftijd zelfstandig kunnen blijven wonen.

Sinds november 2015 is de Blijverslening beschikbaar. Hiermee kunnen gemeenten en provincies inwoners stimuleren hun woning meer levensloopbestendig te maken, zodat zij ook op hogere leeftijd zelfstandig kunnen blijven wonen.

Nadenken over ‘later’

Gemeenten en provincies kunnen hun inwoners stimuleren vroeg na te denken over ‘later’ en hun huidige woonsituatie. Met de Blijverslening hebben zij een instrument om ook de financiering van woningaanpassingen voor oudere inwoners mogelijk en aantrekkelijk te maken. Gemeenten mogen bovendien verwachten dat naarmate meer inwoners hun woning ‘preventief’ aanpassen, er in de toekomst minder beroep zal worden gedaan op een passende maatwerkvoorziening in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).

Voor wie is de Blijverslening

Als gemeente of provincie bepaalt u zelf de voorwaarden voor het inzetten van de Blijverslening. U stemt deze af op de beleidsdoelstellingen die u wilt realiseren. U kunt bijvoorbeeld de maximale hoogte van het leenbedrag vaststellen of de lening beschikbaar stellen voor specifieke maatregelen, een bepaalde wijk of doelgroep.

Als inwoners preventief hun woning aanpassen, zal er minder beroep op het Wmo-budget worden gedaan.

Consumptief of hypothecair

De Blijverslening is er zowel in een consumptieve als hypothecaire variant. Beide varianten hebben hun eigen voorwaarden. Afhankelijk van de doelgroep die u wilt bereiken of welk project u wilt stimuleren, kunt u bepalen welke variant het beste past. Zo moet bijvoorbeeld voor een consumptieve lening één van de aanvragers jonger zijn dan 76 jaar. Bij een hypothecaire lening geldt geen leeftijdsgrens. Ook de hoogte van het leenbedrag verschilt. Bij een consumptieve lening geldt een maximum bedrag van € 10.000,-, bij een hypothecaire lening is dat maximum € 50.000,- (minder mag ook). Het minimale leenbedrag van € 2.500,- geldt voor beide varianten.

Aan de slag met de Blijverslening?

Als gemeente of provincie heeft u veel mogelijkheden om de Blijverslening naar wens in te zetten. SVn helpt u graag bij het maken van keuzes en het opstellen van de voorwaarden. Daarna kunt u bij SVn het fonds openen, waaruit de Blijversleningen worden verstrekt. Een gemeentelijk/provinciaal fonds voor Blijversleningen is bovendien revolverend. Rente en aflossing op de Blijverslening kunnen weer opnieuw worden ingezet voor nieuwe lening-aanvragen.

Blijverslening SVn logo